Over 'Onklare taal'

'Onklare taal' is de verzamelnaam van diverse tekstprojecten van mijn hand. Dit is de poëzieafdeling daarvan. Hier kan je zowel de laatste nieuwe gedichten als ook een selectie van oudere gedichten vinden. De weg een beetje kwijt? Deze link brengt je terug naar de homepage van 'Onklare taal'.

Overigens kan je hier gratis mijn poëziebundels downloaden in PDF-formaat: 'Epicentrum' (2012), 'Synaeresis' (2012), 'Subductie' (2013), 'Enceladus' (2015), 'Volterra' (2017), 'De snelheid van de duisternis' (2019) en 'Indiscrete wiskunde' (2021). Behalve 'Synaeresis', dat één verhalend gedicht is in twee delen, bevatten de anderen telkens een 30-tal geredigeerde en zorgvuldig geselecteerde gedichten, met duiding en een nieuwe indeling. In 2020 verscheen mijn debuutroman 'Fragmentariërs'. In 2023 bracht ik de opvolger 'Constellatie' uit.

maandag 26 maart 2012

Het boek diarree

Auteur: Ivo Michiels
Titel: Het boek alfa
Taal: Nederlands
Categorie: fictie
Jaar van eerste uitgave: 1963
Hoe kwam de tekst in mijn bezit: cadeau gekregen
Synopsis: Snapshots van levens van gewone mensen tijdens en direct na Wereldoorlog II, met plotse perspectiefwissels, lange stream-of-consciousnesspassages en veel experimentele taal.
Alfaboek, want: Michiels’ tour de force geldt nog steeds als één van de meest gewaagde Nederlandstalige romans ooit, waarmee hij een karrenvracht conventies bij het oud huisvuil sorteert. Het minste wat je kan zeggen is dat de kans klein is dat je ooit een vergelijkbaar boek zal lezen.
Ik snap er geen iota van, want: Het experiment is onmiddellijk ook het centrale probleem. Het maakt het boek zeer cerebraal en moeilijk te volgen, zonder dat je er iets voor in de plaats krijgt. De emotionele of narratieve kern van het verhaal blijft ook weinig origineel of beklijvend – andere auteurs hebben de verwarring, angst en het geweld van Wereldoorlog II zowel voor als na hem al veel effectiever beschreven. Het is zeer legitiem om van je lezer een inspanning te verlangen, maar nadien voelde ik me bedrogen. ‘Het boek alfa’ gebruikt waanzinnige antiritmes, stijlbreuken, gekunstelde dialogen en bizarre observaties om uiteindelijk erg weinig te vertellen.
Aanbevolen voor: Verstokte fans van het postmodernisme.

3 opmerkingen:

  1. Dit vind ik wel tamelijk kort door de bocht, eerlijk gezegd. Dat dit boek geen beklijvend verhaal vertelt over WOII, dat komt omdat het ook niet de bedoeling was. Het boek Alfa is "géén chaotische bewustzijnsstroom waarin de individuele psyche van een personage opborrelt zonder rationele controle", zoals Hugo Bousset het stelt. En ik ben het ook eens met Bousset wat de thematiek betreft, die hij omschrijft als "het roerloos overstijgen van de existentiële twijfelsituatie". Het is daarom ook een "dwarsdoorsnede van het menselijk bewustzijn". Als je het dus gaat lezen met een verhaal in gedachten, dan ga je misschien inderdaad bedrogen uitkomen. Maar dat wil niet zeggen dat er geen verhaal is, en dat die niet beklijvend kan zijn. De tijdslijn van de soldaat die wordt verscheurd door het dilemma "blijven staan en de liefde verliezen" en "deserteren en de doodstraf riskeren", bijvoorbeeld. Die twijfel tussen bewegen en het niet-bewegen is een rode draad in het werk van Michiels, en houdt mij al vele jaren bezig, iets wat niet kan gezegd worden van geen enkele andere auteur die ik tot nu toe heb gelezen. Ik zou je aanraden om eens 'Lezen om te schrijven' van Bousset te doorbladeren, een boek waarin hij een 'progressieve' lectuur van Het boek Alfa realiseert, en hij toont hoe rijk aan verhaal en betekenissen en hoe gestructureerd Het boek Alfa wel is. Ten slotte vind ik het ook maar wat vreemd dat je Het boek Alfa afschrijft als een cultobject voor "verstoke fans van het postmodernisme". Er werden al pogingen gedaan om Michiels af te schrijven als een Postmodernist, maar dat vind ik maar onzin. Michiels' taal is uniek genoeg om een eigen oeuvre in stand te houden, dat het label 'postmodernisme' ontstijgt. Je zou eigenlijk de volledige Alfa-cyclus in één ruk moeten lezen. Ik wil niet klinken als een literaire snob, maar ik denk dat zo'n lectuur wel je blik op Michiels zou veranderen. Eens je doorhebt waar hij mee bezig is, welke taalkritiek en verhaalkritiek hij uitoefent zonder pretentieus te willen zijn, dan ga je, althans wat mij betreft, een heel andere kijk krijgen op Michiels.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Bedankt voor de gedegen commentaar. Er is een bevriende schrijver die grotendeels dezelfde kritiek had op mijn kritiek, dus je bent er alleszins niet alleen mee. Ik wil gerust nog eens wat van Michiels lezen en met die gedachten in het achterhoofd ben ik ook niet te beroerd van mening te veranderen. Postmodern hoeft ook geen problematisch label te zijn (bijvoorbeeld 'The New York Trilogy' vond ik steengoed), mijn grootste probleem was de enorme cerebraliteit ervan. Je kan het vergelijken met hoe ik 'Mulholland Dr.' zie tegenover 'Inland Empire' - beide films delen een pak raakpunten, maar de eerste film vind ik één van de beste films die ik ooit gezien heb, en na de laatste voelde ik dat m'n brein uitgewrongen was als een spons zonder dat ik er iets voor in de plaats kreeg. Maar, samenvattend, point taken, en ik denk eraan. Je suggesties komen op m'n (lange) leeslijst!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Hah, graag gedaan! Nee maar ik moet wel toegeven dat Het boek Alfa geen koffietafellectuur is. Het formalisme waarmee Michiels rond die tijd wordt geassocieerd is ook zeer abstract en experimenteel, wat boeken als Het boek Alfa niet meteen een 'texte lisible' maakt. Dat is voor sommigen er net te veel aan, en voor anderen, zoals ik, een genot. Ik heb Alfa al een vijftal keer gelezen, niet meteen na elkaar weliswaar, en ik blijf er steeds nieuwe dingen in zien. Het is alsof ik steeds een stukje krijg van een geniaal uitgedokterd plan, en dat is volgens mij ook wat de twee cycli van Michiels zijn. Eerst heb je de Alfa-cyclus, waarin Michiels vanaf Alfa begint met taalkritiek, om zowel de geschiedenis, het verhaal als de taal te saneren (tot 0 te herleiden, zoals ook Bert Schierbeek en consoorten wilden doen), en dat loopt door tot in het absolute dieptepunt van het boek Exit (je moet dus echt eens Alfa + Orchis Militaris + Dixit in één keer lezen, en dan zie je die compromisloze dood en afbraak van de taal). Nadat het absolute dieptepunt is bereikt, kan Michiels met Dixi(t) weer de taal heropbouwen, een taal die nu zijn eigen taal is, die toebehoort aan zijn eigen oeuvre en enkel in de tekst bestaat. Na de ondergang en de heropbouw van de taal in de Alfa-cyclus, kan Michiels beginnen aan zijn Journal Brut, waarin meer 'taalvrede' heerst, zoals Michiels dat zelf ook heeft uitgedrukt. Ik kan echt waanzinnig genieten van Journal Brut, trouwens. Eens je de formalistische en experimentele Alfa-cyclus hebt gehad, dan is Journal Brut een verademing vol taalplezier, herinneringen en prachtige verhalen/beelden/personages (die veelal autobiografisch zijn). Persoonlijk ben ik een grotere fan van Journal Brut, waarin ik een rijpe, oudere Michiels kan lezen, die al het beste uit Alfa heeft genomen, en dat combineert met een meer menselijke, herkenbare schriftuur.

    Shit, weer zo'n boterham. Enfin, je ziet maar!

    BeantwoordenVerwijderen